Veel mensen denken dat ze kunnen multitasken. Een e-mail beantwoorden terwijl ze luisteren naar een collega, ondertussen een berichtje sturen en ook nog koffie drinken. Klinkt efficiënt, maar dat is het niet. Onderzoek laat zien dat ons brein daar helemaal niet voor gemaakt is. Sterker nog, multitasken vertraagt je juist.
Waarom multitasken niet werkt
Ons brein werkt niet zoals een computer. Het kan niet meerdere complexe taken tegelijk uitvoeren, hoe graag we dat ook willen. Wat er in werkelijkheid gebeurt, is dat je hersenen razendsnel schakelen tussen taken. Elke keer dat je van de ene taak naar de andere springt, verlies je tijd en concentratie. Dat schakelen vraagt veel energie, waardoor je aan het einde van de dag moe bent, zonder dat je echt iets hebt afgerond. Het voelt alsof je constant bezig bent, maar ondertussen bereik je minder dan wanneer je je op één taak tegelijk zou richten. Net als bij een potje in een casino online: als je probeert op meerdere spellen tegelijk te focussen, raak je sneller de draad kwijt. Je denkt dat je controle hebt, maar eigenlijk verlies je overzicht. Het brein houdt nu eenmaal van focus, niet van chaos.
De gevolgen van te veel schakelen
Onderzoek van verschillende universiteiten laat zien dat multitasken je IQ tijdelijk verlaagt. Het effect is te vergelijken met een nacht slecht slapen. Ook blijkt dat mensen die vaak multitasken meer fouten maken en sneller stress ervaren. Dat komt doordat het brein continu overprikkeld raakt en moeite heeft om prioriteiten te stellen. Daarnaast zorgt multitasken ervoor dat belangrijke details verloren gaan. Je denkt dat je luistert naar een gesprek, maar mist ondertussen de helft. Je hersenen kunnen maar één complexe taak tegelijk echt verwerken. Dat geldt voor iedereen, mannen en vrouwen.
Waarom mannen het nóg lastiger vinden
Hoewel niemand écht goed kan multitasken, laten onderzoeken zien dat mannen gemiddeld meer moeite hebben met het verdelen van hun aandacht. Dat komt deels door verschillen in hersenstructuur. Mannen richten zich vaak op één taak en zijn beter in het analyseren van details, terwijl vrouwen iets beter schakelen tussen contexten. Toch presteert geen van beide beter zodra de taken complexer worden. Kort gezegd: niemand is een geboren multitasker, maar mannen hebben iets meer moeite om hun aandacht te verdelen zonder dat de kwaliteit eronder lijdt.
De oplossing: één ding tegelijk
De beste manier om productiever te worden, is niet méér doen, maar minder tegelijk doen. Richt je aandacht op één taak, maak die af en ga dan pas verder met de volgende. Dit heet single-tasken. Single-tasken zorgt voor rust in je hoofd en meer overzicht. Je maakt minder fouten, je werktempo stijgt en je voelt je aan het einde van de dag minder uitgeput. Het is even wennen, maar het resultaat merk je snel. Een paar simpele stappen kunnen helpen: Zet notificaties uit, plan vaste momenten voor je mail en houd je werkplek opgeruimd. Gun jezelf pauzes waarin je niets hoeft. En als je merkt dat je afgeleid raakt, haal diep adem en breng je focus terug naar één taak.
Focus is de echte superkracht
Multitasken klinkt stoer, maar focus is pas echt krachtig. Door bewust te kiezen waar je je aandacht aan besteedt, werk je slimmer, niet harder. Uiteindelijk draait het niet om hoeveel dingen je tegelijk kunt doen, maar om hoe goed je de dingen doet die echt belangrijk zijn. Wie zich daar bewust van wordt, krijgt meer gedaan in minder tijd — met meer rust en voldoening. En dat voelt beter dan welke illusie van efficiëntie dan ook.
